De meeste jonge baby’s hebben genoeg aan borst- of flesvoeding. Maar eens ze wat ouder worden, is ook vaste voeding noodzakelijk. Het ene kind maakt de omschakeling al wat makkelijker dan het andere, maar uiteindelijk komt het altijd wel goed. In dit artikel vertellen we je hoe en wanneer je flesvoeding kunt afbouwen om je dreumes vlot vaste voeding te leren eten.
Vaste voeding: vanaf wanneer?
Met (gepureerde) vaste voeding kun je al beginnen zodra je baby zo’n vier maanden oud is. Als je kindje zes maanden wordt, volstaat borst- of flesvoeding sowieso niet meer om in alle voedingsstoffen te voorzien. Vaste voeding is vanaf dan noodzakelijk.
Sommige kinderen geven al wat vroeger aan dat ze klaar zijn voor vaste voeding, bijvoorbeeld door smakkende geluidjes te maken of door van alles in hun mond te steken. Hou daar, in de mate van het mogelijke, rekening mee, maar weet dat het ook belangrijk is dat je kindje al zelfstandig rechtop kan zitten.
Je kindje leren eten én drinken
Vaste voeding leren eten, gaat hand in hand met leren drinken uit een beker. Met andere woorden: zodra je kindje vaste voeding nodig heeft, moet je dus de flesvoeding beginnen af te bouwen. Te lang flesjes blijven geven is namelijk niet goed voor de ontwikkeling van de mondmotoriek.
Hoe flesvoeding afbouwen?
Flesvoeding afbouwen vergt vooral veel geduld. Maak de overstap dus zeker niet van de ene dag op de andere. Geef je baby, in functie van zijn groei, verschillende soorten bekers, zodat je kleintje een goede drinktechniek ontwikkelt:
- Onder de twaalf maanden volstaat het om water in een beker te geven. Melkvoeding kun je ondertussen nog wel in een flesje aanbieden.
- Zodra je kindje vijftien à achttien maanden oud is, kun je alle dranken in een open beker geven.
Niet alle kinderen nemen even gemakkelijk afscheid van hun flesje. Troost je zoon of dochter als je merkt dat het flesje loslaten niet meevalt. Stop je kindje gerust een alternatief (knuffel of doekje) toe, in ruil voor het flesje.
Hoe beginnen met vaste voeding?
- Overschakelen op vaste voeding doe je het best in een periode die voor je hele gezin rustig is, zonder al te veel stresserende gebeurtenissen.
- Geef alleen voeding die volledig is fijngemaakt (potjesvoeding, fruit- of groentepap)
- Gebruik kleine lepeltjes om je kind te voeden. Tip: warmtegevoelige lepels waarschuwen je wanneer de hap nog te warm is voor je kleintje!
Elk kind leert en groeit anders
Onthoud tot slot dat elk kind zijn eigen groeiritme heeft. Laat je baby dus gerust zelf het tempo bepalen om vaste voeding te (leren) eten, en maak je vooral geen zorgen als het niet meteen lukt.